Hoe vertel ik mijn zoontje dat opa niet meer kan genezen? Hoe leg ik mijn elfjarige dochter uit dat mama uit het ziekenhuis naar huis komt om te sterven? Is een kind niet altijd te jong voor verlies? Laat ik het nog op bezoek komen bij papa, nu hij stervende is? Wat vertel ik wel en niet aan mijn kind en hoe pak ik dit het beste aan?
Ouders, familieleden en hulpverleners worstelen met veel vragen als een kind of jongere met een palliatieve situatie te maken krijgt. Dat is menselijk en begrijpelijk: we vinden het moeilijk om met kinderen te praten over verlies en verdriet. Vaak koesteren we de illusie dat we hen dit verdriet kunnen besparen. Deze behoedzaamheid, die onwennigheid en onmacht van volwassenen houden een gevaar in: onze kinderen verdwijnen ongemerkt naar de achtergrond. Hierdoor dreigen we hun vragen en verdriet bij een naderend verlies van een dierbare onvoldoende op te merken en hen ongewild in de kou te laten staan.
We kunnen niet verhinderen dat kinderen en jongeren verlies en verdriet meemaken. Lijden en sterven horen nu eenmaal bij het leven. Maar staan we dan als volwassenen helemaal machteloos? Toch niet. We kunnen erover waken dat we kinderen en jongeren niet over het hoofd zien. Hen kansen te geven om het laatste levenshoofdstuk van hun ouder, grootouder, broer of zus mee kleur te geven.
Het is goed dat ouders zelf hun kind in het gezin voorbereiden en opvangen. Maar dat is niet altijd eenvoudig als zij zelf in de knoop liggen met hun verdriet. Grootouders, leerkrachten of hulpverleners zijn op zulke momenten belangrijke sleutelfiguren voor het kind.